De doofstomme man in de bus

Vorige week waren de bussen stampvol, dus ik stond helemaal voorin, net achter bij de chauffeur. Ik luister vaak een beetje onbewust naar de gesprekken om me heen en voorin zat een man, naast hem stond een vrouw en naast mij stond ook een man. De man die naast mij stond is nu de belangrijkste in dit verhaal.

Ik sta in de bus. Ik hoor van alles om me heen. Ik kijk om als ik achter mij iets hoor, een man heeft een papier vast en wijst iets aan en vraagt iets, maar het is bijna niet te verstaan. De vrouw die daar staat zegt: 'de kazerne,' Ze vraagt aan de man naast haar of hij eerder moet uitstappen, en de man naast haa rmoet dus eerder uitstappen. Dan vragen ze aan de buschauffeur of hij bij de kazerne wil stoppen. Ze maakt aan de man, die dus doofstom is, dat de bus stopt op de halte waar hij moet zijn. Ik zei tegen de vrouw, oh dat is bij Grave. De vrouw zei ja, verder is er die reis niet echt iets gebeurd. Ik moet er eerder uit dan die halte, dus aan mij hadden ze toch niks gehad.

kort, maar langer kan ik het toch niet maken.